Risico’s |
Beheersmaatregelen |
Terugblik 2024 en vooruitblik |
Kans in % |
Bruto bedrag in € |
Netto (kans x bruto) in € |
Programma algemene dekkingsmiddelen
|
|
Overige verstrekte leningen
Uit hoofde van de publieke taak heeft de gemeente de afgelopen jaren leningen verstrekt of staat de gemeente garant voor leningen. Het risico van deze leningen is dat de vereniging of stichting die de lening heeft ontvangen niet aan zijn rente- en/of aflossingsverplichting kan voldoen.
|
Het beleid is erop gericht de bestaande portefeuille af te bouwen door geen nieuwe leningen te verstrekken.
Voor garantstellingen op het gebied van sport geldt dat deze alleen worden afgegeven als ook Stichting Waarborgfonds Sport garant staat. Het waarborgfonds beoordeelt periodiek de financiële positie van de betreffende instellingen.
|
Het risicobedrag is gebaseerd op het totaal aan uitstaande leningen (zie ook toelichting jaarrekening). In 2024 is aan alle rente- en aflossingsverplichtingen voldaan. Het risico heeft zich dan ook niet voorgedaan.
|
10 |
1.260.000 |
126.000 |
Gegarandeerde geldlening
De gemeente heeft garanties verstrekt vanuit haar publieke functie. Hieronder zijn de bedragen en risico's per beleidsveld weergegeven.
Het risico bestaat dat de wederpartij niet aan haar verplichtingen kan voldoen en de gemeente deze (deels) dient over te nemen.
Volkshuisvesting (Cazas)
Welzijn (zorginstellingen)
|
In ons Treasurystatuut zijn een aantal voorwaarden opgenomen op basis waarvan we garanties mogen verstrekken. Deze voorwaarden verkleinen ons risico.
Verder gelden voor de garanties aan Cazas dezelfde beheersmaatregelen als voor de leningen aan Cazas (zie bovenstaand). Ook voor de garanties aan zorginstellingen beoordelen wij jaarlijks de liquiditeit en solvabiliteit van de instellingen.
|
Geen van de garanties is in 2024 ingeroepen. Het risico heeft zich dus niet voorgedaan.
Het risico ten aanzien van Cazas wordt - conform de verstrekte lening - als zeer klein ingeschat. Dit risico is onveranderd.
Het risico ten aanzien van zorginstellingen is groter omdat de financiële positie minder sterk is en er minder activa tegenover de schulden van de zorginstellingen staan. Tevens staat de exploitatie van de instellingen de laatste jaren meer onder druk. De solvabiliteit en liquiditeit van de instellingen is echter wel stabiel en blijft voldoende om aan de verplichtingen te voldoen. Het risico blijft daarom gelijk aan vorig jaar.
|
1
15
|
45.000.000
9.400.000
|
450.000
1.400.000
|
Gemeenschappelijke regelingen
Het risico bestaat dat de gemeente haar bijdrage aan een gemeenschappelijke regeling (GR) dient te verhogen wanneer deze geconfronteerd worden met financiële tegenvallers. Dit risico doet zich met name voor wanneer een GR geen eigen reserves of weerstandsvermogen aanhoudt. Door deelname verplicht de gemeente zich om naar evenredigheid bij te dragen in de kosten. Zie ook de paragraaf verbonden partijen waar actuele informatie wordt gegeven omtrent de financiële positie per GR.
|
Het beheersen van risico's omtrent gemeenschappelijke regelingen en andere verbonden partijen is een continue aandachtspunt voor de gemeente. Risicobeheersing van de gemeente omvat onder meer de bestuurlijke afvaardiging (in een gemeenschappelijke regeling), de monitoring door regievoerder en control op beleids- en financiële prestaties, en het beoordelen van begrotingen, jaarrekening en andere P&C documenten.
Waar relevant dienen we zienswijzen in op P&C stukken en werken we samen met andere deelnemende gemeenten.
|
Het risicobedrag is gebaseerd op bijdragen aan de bestaande verbonden partijen.
Deze schatting is gebaseerd op ervaringen in recente jaren van afwijkingen tussen begroting en realisatie van de betreffende regeling.
Het risico heeft zich deels voorgedaan in 2024. Zie onderstaande tabel. Op basis van de realisatie is het risico herijkt
|
|
19.098.000
|
1.174.000
|
Risico’s |
Beheersmaatregelen |
Vooruitblik 2025 |
Kans in % |
Bruto bedrag in € |
Netto (kans x bruto) in € |
Nieuwe risico's 2025 en verder
|
Cao-onderhandelingen
Op het moment van schrijven lopen er onderhandelingen tussen de VNG en vakbonden over een nieuwe cao voor personeel van gemeenten. De vakbonden stellen een looneis die fors hoger ligt (6%) dan waar wij onze begroting mee hebben geïndexeerd. De prijscompensatie die wij via het gemeentefonds krijgen staat los van het cao-resultaat. Dit vormt dus een financieel risico voor de gemeente.
|
We hebben op dit punt geen beheersmaatregelen. We moeten afwachten wat er uit de onderhandelingen komt en hebben hier geen significante invloed op.
|
Het risico heeft zich niet voorgedaan in 2024 omdat er voor 2024 geen onzekerheid bestond. Het risico ziet wel toe op de begroting 2025 en verder. We schatten het risico op het verschil tussen de looneis en ons indexatie percentage. We verwachten dat de werkelijke uitkomst hier ergens tussenin zal liggen.
|
50
|
400.000
|
200.000
|
Prijsindexaties
Binnen de BBP systematiek van het gemeentefonds worden wij gecompenseerd voor prijsinflatie op basis van het verwachte inflatiepercentage. Dit wordt bij de septembercirculaire bepaald voor het opvolgende jaar. De laatste jaren valt dit doorgaans hoger uit, vaak met minimaal 1 procentpunt. Dit vormt een financieel risico voor onze prijsgevoelige budgetten.
|
Het risico beheersen we waar mogelijk door doelmatig in te kopen. Ook indexeren we onze eigen budgetten in principe met hetzelfde percentage als in de septembercirculaire. Dit beperkt het risico deels. Echter blijft het risico bestaan waar sprake is van wettelijke verplichte of noodzakelijke taken.
|
Het risico is nieuw opgenomen in deze jaarstukken omdat er steeds vaker een verschil is tussen de indexering die wij krijgen via het gemeentefonds en de inflatie waar wij mee geconfronteerd worden. Het risico heeft zich in 2024 dan ook deels voorgedaan. We zien dit met name in de kosten sociaal domein, beheer van infrastructuur en de openbare ruimte, en bijdragen aan gemeenschappelijke regelingen.
Voor het sociaal domein en de gemeenschappelijke regelingen zit dit risico al verwerkt in de voorgaande risico's. Wij schatten het risico in o.b.v. 2 procentpunt van onze overige prijsgevoelige budgetten met een hoge kans dat het risico zich voordoet
|
50
|
500.000
|
250.000
|
Uitkering gemeentefonds
De algemene uitkering uit het gemeentefonds is gebaseerd op een groot aantal maatstaven. De meeste van deze maatstaven wijzigen nauwelijks van het ene op het andere jaar of hebben een lage weging. Enkel op het totaal aantal inwoners en het aantal jeugdigen zien we een significant risico omdat deze maatstaven zwaar wegen en wij hierop achterblijven bij de landelijke ontwikkeling.
Doordat de inkomsten in de begroting worden geraamd op basis van de maatstaven op dat moment, bestaat er een risico dat de uitkering tegenvalt als de maatstaven lager blijken te liggen.
|
Bij iedere circulaire verwerken we mutaties in de algemene uitkering direct. Hierdoor hebben we meteen actueel juist beeld. Dit voorkomt echter niet dat we met tegenvallers in de algemene uitkering worden geconfronteerd. Op dit moment werken we aan een methode om de belangrijkste maatstaven te kunnen voorspellen waardoor we in de begroting al een scherpere prognose kunnen geven. Hiermee voorkomen we latere tegenvallers zoveel mogelijk.
|
Omdat het risico gezien de demografische ontwikkeling van IJsselstein pas recent in significantie mate speelt, hebben we het risico nieuw opgenomen. In 2024 hadden we met de meicirculaire een fors nadeel op de accres ontwikkeling. Het risico heeft hiermee te maken, al zijn er ook factoren die hierbij een rol spelen.
We schatten het risico op maximaal 1% van de algemene uitkering, met een hoge kans dat het zich in enige mate voordoet
|
50
|
650.000
|
325.000
|
Totaal benodigde weerstandscapaciteit
|
|
|
5.863.000
|